Wat als er geen angst zou zijn voor de dood?

Wat als er geen angst zou zijn voor de dood?

Door: Germaine Domatilia – 2 april 2020


‘We are all faced with great opportunities,
brilliantly disguised as impossible situations.’

~ dr Joe Dispenza ~

Ik lag van de week in bed en toen kwam deze gedachte in me op: ‘Wat als de angst voor de dood niet zou bestaan, wat zou dat betekenen voor de wereld?’.

Want wat is de dood eigenlijk? En is de dood wel zo erg als wij geloven dat het is?

Voor mij niet. Voor mij is de dood een natuurlijk onderdeel van leven. Het is zo jammer dat sommige mensen zo bang zijn voor de dood, dat ze vergeten te leven, zoals nu.

Je gaat iedere nacht een beetje dood. Althans, vanuit mijn perspectief. Je verlaat je lichaam en treedt terug in het vormloze, het Al, het Licht, hoe je het ook wilt noemen. Alleen je hebt hier nog wat te doen en daarom besluit je iedere ochtend om weer terug te keren in je lijf.

Deze ‘kleine dood’ die je geleefd hebt, noemen wij slaap en we denken daar meestal niet verder over na. Maar stel je voor dat je met hetzelfde gevoel als voor ‘de dood’, elke dag je slaap tegemoet zou treden. Dat zou wat zijn! En waarschijnlijk deed niemand dan nog een oog dicht.

Slaap vraagt ontspanning en overgave. Overgave aan het onbekende. Je neemt voor het moment afscheid van je lichaam, je omgeving en van tijd. Om voor een aantal bliss-volle uren af te reizen in tijdloosheid. In de wereld van dromen, van eenheid en van infinite possibilities, een oneindig aantal mogelijkheden.

Want we weten allemaal als je slaapt, in de droomwereld, is alles mogelijk. En we vinden het vaak heerlijk om te gaan slapen, lekker onder de wol kruipen, even helemaal niets…

Wat als we ook zo zouden denken over de dood? Wat zou dat betekenen?

In de Westerse maatschappij zijn we enorm vervreemd van ons eigen wezen en ons eigen lichaam. Van wie en wat we werkelijk zijn. Deze vervreemding heeft ertoe geleid dat het gros van de mensen in angst leeft en zich daar vaak niet eens van bewust is.

Ze zijn niet verbonden met zichzelf, met de Aarde en het Universum. Ze leven in hun hoofd, in de ratio en denken dat het in het leven gaat om carrière maken, om spullen, om geld, om materie, gelijk hebben, etcetera.

Wat de situatie die we nu beleven met zich meebrengt is, dat al deze angsten worden uitvergroot.

In één keer wordt iedereen aan zijn of haar sterfelijkheid herinnert. Hoe kwetsbaar je ineens bent, hoe afhankelijk van van alles om je heen en voor velen komt de dood ineens heel dichtbij. Want dat is wat we vrezen in dit virus, toch? Dat we doodgaan? Of dat mensen om ons heen doodgaan, onze dierbaren? Dat er miljoenen mensen sterven?

Maar, wat als dit nu eens niet zo erg was? Wat als we ons ten diepste onze eigen natuur herinnerden die onsterfelijk is? Wat als we weer wisten dat de wij, die wij ‘ik’ noemen niet eens kan sterven? En dat dit lichaam alleen een voertuig is dat we voor deze zielenreis hebben gekozen?

Wat voor verschil zou dat uitmaken in de wereld? Als we ons veilig en geborgen zouden voelen? Op de Aarde en in ons lichaam? Als we vertrouwen zouden hebben in ons lichaam en haar oneindig krachtige zelfhelende vermogen? Als we vanuit die gronding zouden begrijpen, voelen dat wat er gebeurt niet voor niets is. Dat deze situatie ons iets te vertellen heeft. Op een dieper niveau, op een diepere laag.

Zouden we dan hamsteren? Ruzie maken over wc-papier?! Handschoenen dragen en mondkapjes? Zouden we ons dan van elkaar laten vervreemden? Afstand bewaren? Elkaar wantrouwen? Elkaar niet meer zien, voelen en knuffelen? Knuffels die helend zijn?

Een mens heeft 17 knuffels per dag nodig, las ik laatst. Hoeveel leed ontstaat er alleen al in het elkaar niet kunnen, niet durven aanraken?

En zou dit ook gebeuren als er geen angst zou zijn voor de dood? Ik vraag het me af.

Ik ben niet bang voor de dood. Ik ben niet bang voor een virus. Ik ben niet bang voor andere mensen. Ik zie ook de schoonheid die deze periode in zich draagt.

Hoe mensen naar binnen keren, hun hart weer openen naar elkaar in plaats van hun mobiele telefoon. Tenminste als ze uit die angst kunnen stappen. Die verlammende angst om dood te gaan.

Op dit punt maak ik graag een uitstapje naar de dierenwereld. Daar bestaat deze angst niet. Dieren zijn uitgerust met een perfect werkend instinct om ze veilig te houden. En als het zover is dat het lichaam niet meer wil of kan, dan geven ze zich gewillig over aan ‘de grote slaap’. Of ze gaan ‘de lange tunnel’ in zoals Derk Das dat zo mooi noemt, om niet meer te ontwaken, althans niet in een lichaam.

De oorspronkelijke volkeren hebben dit besef ook nog. Daar is de dood, deel van het leven en kiezen de elders, de ouderen hun moment van overgaan. Niets anders dan slapengaan, alleen dan om niet meer in hun lichaam wakker te worden. Maar om te ontwaken in een andere realiteit, in de wereld waar we vandaan komen. Waar ons bewustzijn vandaan komt, de wereld van Licht, de Lichtwereld, een wereld van Licht en Liefde.

Waarom zijn wij daar dan zo bang voor? Er zijn talloze verslagen van mensen die een bijna-dood ervaring hebben gehad en die de schoonheid daarvan bijna niet in woorden uit kunnen drukken. Die eigenlijk helemaal niet terug wilden keren in hun lichaam en in dit leven maar die voelden: ‘Ik ben nog niet klaar, ik heb hier nog iets te doen, ik moet terug’.

Al is het alleen al het delen van die prachtige, intens liefdevolle ervaring en iedereen ervan te vergewissen: ‘Je hoeft niet bang te zijn voor de dood! Het is een prachtig iets!’.

En toch, toch vrezen wij de dood. Waarom? Omdat het onbekend is. En omdat het ons is geleerd. Vanaf het moment dat we geboren worden, wordt de angst voor de dood in je systeem geprogrammeerd.

‘Pas op!’, ‘Kijk uit!’, ‘Dat is gevaarlijk!’, ‘En dat ook!’. Je hebt een prik nodig, een vaccin, want anders ga je dood. Neem daar in vroeger tijden het geloof bij dat je ook leerde om de dood te vrezen en een godvruchtig leven te leiden, want anders kwam je in de hel.

Bovendien had je volgens de kerk maar één leven, dus moest je het wel in een keer goed doen. Hoeveel druk brengt dat met zich mee?

De angst voor de dood is ons dus met de paplepel ingegoten. En nu in deze tijd wordt hij uitvergroot in de ‘niet in verhouding tot de realiteit staande’ maatregelen die worden genomen in verband met het coronavirus. En wij gaan daar gewillig in mee, want we zijn bang om dood te gaan…

Maar wat als dit virus nou een ‘blessing in disguise’ is. Bedoeld om ons te bevrijden uit de verlammende greep van de angst? Uit de greep van de dood? Uit de greep van de angst voor de dood?

Wat als dit virus nu eens bedoeld is om ons te herinneren dat we net als die vogel, eigen vleugels hebben en niet op die tak hoeven te vertrouwen, maar op onszelf? Op onze eigen vleugels?

Dat er niets buiten ons is, dat ons iets aan wil doen, maar dat dit puur een uitnodiging is om te herinneren. Te herinneren dat de dood niet bestaat. Te herinneren dat we van binnen vrij zijn. En bovendien mateloos krachtige wezens.

Dat het ons vrij staat om deze periode te beleven als een periode van angst, onzekerheid onderdrukking en angst voor de dood. Of een periode van bewust worden, van herinneren een self-empowerment. Van onszelf vrij maken van oude beperking en overtuigingen die wellicht niet kloppen met de realiteit en die niet ons hoogste goed dienen.

Het begint met jezelf vrijmaken van de angst voor de dood. De dood weer te zien als een natuurlijk onderdeel van het leven, een vreugdevol terugkeren naar Huis, naar de Bron. De dood niet meer weg te stoppen in sterfhuisconstructies, maar onderdeel te laten zijn van Leven.

En net zoals we het leven vieren, ook de transitie, de overgang naar die andere realiteit te vieren. Sjamanen hebben prachtige rituelen om de stervenden te helpen en te begeleiden om het Aardse los te laten. Hun energie en energieveld los te koppelen van het lichaam en zich in vrede en overgave mee te laten voeren, terug naar de Bron. Daar kunnen wij nog wat van leren.

Een paar weken geleden kreeg ik een prachtig beeld. Het was een beeld van het moment waarop ik mijn lichaam, mijn Tempel achter me mocht laten.

Ik had het al eerder gezien en was al gekomen van een enorme angst en weerstand in het loslaten van mijn lichaam een aantal jaar eerder, tot een meer rustig en onthecht besef dat het oké was.

Maar toch had ik ergens op de achtergrond een onbestemd gevoel in het vooruitzicht van al die kleine, kriebelende, krioelende beestjes, schimmels en micro-organismen die zich vervolgens tegoed zouden doen aan mijn lichaam.

Tot dit moment een paar weken geleden, waarin ik boven mijn lichaam zweefde en mijn lichaam met ongelooflijk veel liefde en dankbaarheid waarnam.

Dankbaarheid voor alles wat ze me had laten ervaren. In het voelen van aanraking, de verschillende sensaties, van warm en koud, in horen, zien, proeven, dansen en bewegen. In het dragen, baren en voeden van 3 prachtige kinderen. Het genot dat ze me had laten ervaren. En ja, ook de pijn…

Dankbaar voor haar kracht en flexibiliteit, haar fitheid en sensualiteit. Altijd een trouwe dienaar, een trouwe metgezel, een ongelofelijk liefdevolle bondgenoot.

Al die processen die ze gaande hield ook als ik sliep, mijn ademhaling, bloedsomloop, spijsvertering, immuunsysteem, noem het maar op. Miljoenen cellen die ze aanstuurde zonder dat ik me daarom hoefde te bekommeren, zonder dat ik daarover hoefde na te denken.

Wat een kracht! Wat een wijsheid! Wat een rijkdom! Wat een liefde zo’n lichaam! Zo’n prachtig, prachtig lichaam…

En van haar mocht ik afscheid nemen… Ik voelde dat het haar tijd was… Ze had zo haar best gedaan, hard gewerkt en altijd voor me klaar gestaan, dag in, dag uit… Het was tijd voor afscheid, ze was moe… ze verlangde terug naar de Aarde…

Hè…?! Wat…?! Wacht even… verlangde naar de Aarde? Ja…  ze verlangde naar de Aarde…

Anders dan mijn gebruikelijke ongemakkelijke gevoel in het vooruitzicht van al die beestjes, voelde ik hoe zij ernaar verlangde om weer een te worden met de Aarde, de Grote Moeder. Het was alsof de Aarde haar armen uitspreidde om mijn lichaam te ontvangen, te koesteren en op te nemen.

En zij kon zich eindelijk overgeven aan haar welverdiende rust. Gekoesterd, gedragen en omarmd door de Aarde. Opgenomen in een oneindige liefdevolle omhelzing… Zouden we daarom zoveel van knuffels houden?

Dit beeld raakte me enorm. Het ontroerde me en het deed me beseffen hoe fijn het voor mijn lichaam zou zijn om terug te keren naar haar Bron. Om haar Aardse taken voor dit moment achter zich te laten.

Om vervolgens opnieuw geboren te worden en verder te leven in de dieren, de bomen, de bloemen… Zou ik daarom zoveel van de natuur houden…? Omdat ik diep van binnen voel dat ik dat ben. Dat het allemaal delen zijn van mij?

Goed, ik begrijp heel goed dat je wellicht niet of nog niet, zo over de dood en het afscheid kunt denken, maar ik wil het toch graag met je delen en in overweging geven.

Want stel je eens voor hoe het zou zijn als jij je zo zou voelen? Als iedereen zich zo zou voelen? Als jij zo zou voelen over de dood? Als een prachtig intiem afscheid van je lichaam, niet van je Leven…

Hoe zou jouw leven er dan nu uitzien als je zo zou kunnen vertrouwen? Zoveel vertrouwen had in je lichaam? In zoveel vertrouwen kon lopen, in zoveel liefde…

Zou je dan weer lopen alsof je de Aarde kust met je voeten… zodat iedere stap een bloem laat bloeien…

Stel je eens voor… Een wereld zonder angst… een wereld van Liefde…

 

In liefde,

Germaine